Wandellocaties
Hier vind je wandellocaties in en om Groningen. Helaas is het niet in alle beschreven plekken toegestaan om je hond los te laten lopen. Zie Doggydating voor losloopgebieden.
Etiquette
Losloopgebieden zijn jammer genoeg dun gezaaid. Een van de redenen is de overlast die loslopende honden kunnen veroorzaken. Zorg er daarom voor dat je hond ook in een losloopgebied geen overlast veroorzaakt. Denk aan ongepast mensen en honden benaderen (zie hondenetiquette), door bosjes struinen of op wild jagen. Staatsbosbeheer hanteert de regel dat een hond in een losloopgebied op wegen en paden los mag lopen mits als hij onder controle staat en in jouw directe nabijheid is.
Als los lopen niet toegestaan is, is een 10 meter lijn een passend alternatief.
Deze verzameling wandellocaties zijn bedoeld om wat variatie te brengen in je wandelingen. Kies eens een andere plek en geniet samen met je hond van een nieuwe omgeving.
Gezamenlijk uitje
Gun jouw hond tijdens de wandelingen vooral de tijd om te snuffelen. Reuk is voor de hond het belangrijkste orgaan. Door het opnemen van alle geuren verzamelt jouw hond veel informatie, wat een hoge mate van voldoening geeft.
Kijk ook eens waar je jouw hond keus kan geven in tempo, richting en activiteit. Het vergroot het zelfvertrouwen van je hond om binnen zijn ontwikkeling en mogelijkheden keuzes te mogen maken. Daarnaast verlaagt het zijn stressniveau.
Maak van de wandeling een gezamenlijk uitje door een balans te vinden tussen je hond zijn eigen gang te laten gaan en momenten samen te hebben. Nodig je hond bijvoorbeeld tussendoor uit voor een aai, een korte oefening, het verstoppen van een voorwerp of voertjes (onder bladeren of in de bast van een boom).
Schat tijdens de wandeling in of jouw hond nog in de gaten heeft waar jij bent. Dit kan je doen door regelmatig de andere kant op te lopen en te kijken of het je lukt je te verstoppen. Als dit je niet lukt, houdt jouw hond je goed in de gaten. Beloon je hond dat hij tijdens het snuffelen ook op jou blijft letten. Dat kan door glimlachen, aankijken, prijzende woorden, aai, click en voer of een spelletje. Zo zorg je er voor dat je samen op pad bent.
Roep je hond niet alleen maar als je hem aan de lijn wilt doen. Een beetje hond heeft dit zo door en komt niet meer. Geef hem van de 10 keer dat je hem roept, 9 keer weer 'vrij' om te rennen, te spelen of te snuffelen.
Rekening houden met elkaar
Om ervoor te zorgen dat de losloopgebieden ook losloopgebieden blijven en medewandelaars ook kunnen genieten van de omgeving, is het prettig als iedereen rekening met elkaar houdt.
Hou je hond bij je of laat hem op afstand zitten of liggen als fietsers, joggers of ruiters passeren.
Als je iemand tegen komt met een aangelijnde hond, zorg er dan voor dat jouw hond niet naar die hond toe gaat. De aangelijnde hond kan loops, geblesseerd, in training of niet sociaal zijn.
Let erop dat je hond niet op de stoep of pad poept. Tolereer ook niet dat reuen op ongewenste plaatsen hun poot optillen.
Als je je hond meeneemt naar een horecagelegenheid, laat hem dan onder je stoel of tafel liggen, zodat hij niet in de weg ligt.
Opbouw wandeltijd bij pups
Zolang je hond nog niet in de hoogte uitgegroeid is, is het verstandig om hem met mate te belasten.
Een richtlijn is dat je per leeftijdsmaand 5 minuten wandelt. De wandeling van een pup van 4 maanden duurt dus maximaal 20 minuten. Wanneer je hond zijn uiteindelijke hoogte heeft bereikt (voor een Labrador ongeveer een jaar, voor een Jack Russel ongeveer een half jaar), kan je de duur van de wandeling steeds verder uitbouwen.
Zomer en winter
Omdat honden niet zweten, kunnen zij slecht tegen hoge temperaturen. Pas in de zomer het tempo en de lengte van de wandeling aan of zoek een route uit in de schaduw. Neem bij een langere wandeltocht water mee voor de hond en let erop dat hij geen zout water drinkt.
Houd in de winter vooral kortharige honden in beweging om afkoeling te voorkomen. Blijf daarom niet langdurig stilstaan voor een praatje maar wandel b.v. samen op.
Voorkom dat de hond te veel sneeuw eet dit kan tot maag- en darmklachten leiden.
In de winter is het bij lang- en ruwharige honden slim om het haar tussen de voetzooltjes weg te knippen. Op deze plek ontstaan makkelijk klontjes ijs waardoor de hond kreupel gaat lopen. Als de hond al sneeuwklontjes heeft, trek de sneeuw er dan niet af maar verwarm de poot tussen je handen zodat de klontjes weer smelten.
Ook door pekel kunnen honden kreupel gaan lopen als hij kloofjes in zijn voetzolen heeft. Je kunt dit tijdens een wandeling oplossen door de voetzool te reinigen met een hand verse sneeuw of een zakdoek o.i.d.. Je kan het probleem voorkomen door de voetzooltjes voor de wandeling in te smeren met vaseline of uiercrème.
Het is verstandig je hond te leren dat hij niet op het ijs mag komen. Hiermee voorkom je dat hij het ijs op schiet wanneer het nog niet dik genoeg is.